Voorbeeldig
 
 
Altijd valt het voorgeschreven blad
in altijd weer andere warreling
op het altijd weer meer of minder natte
meer of minder tanige gras
 
Het is nadoen
maar anders
 
Het is voordoen
 
 
 
Het geheim van de smid
 
1
 
 
het geheim van de smid schuilt in de smidse
die is overgegaan van vader op zoon.
 
de hamer op het aambeeld. Geur
van klank op ijzer. In het raam
 
staat een blik met spijkers.
een lege melkfles. De radio aan.
 
het broeit en het zweet in de smidse.
het klenkt dwars door je dovemansoor.
 
 
 
2
 
 
ik sta in haar kamer,
kijk naar het onopgemaakte bed.
 
alsof een bed ooit opgemaakt zou zijn
– je bedje gespreid – alsof
 
taal en metaal ooit in een vorm
zouden smelten die definitief was.
 
 
 
3
 
 
Toen het almaar regende
verliet ik de werkplaats
en zwierf langs de paden
omgeven door rottende tarwe.
 
Ik zag mensen als vogelverschrikkers
en vogels niet één.
 
Wolken, zware zakken
vol schaamhaar
 
sleurden
 
over het kleine zwembad.
 
 
 
4
 
 
De jonge bomen zaagde ik om
tot hutten en brandhout.
 
In de stad stookte men vuur
van ballen natte woorden
 
om de magere darmen
aan te verwarmen.
 
Ach oorlog
die altijd maar woedt.
 
 
 
5
 
 
Nog één keer die kamer
dat wazige licht,
alles al weten
en toch dit gedicht.
 
 
 
6
 
 
De poes springt op het aambeeld
en geeft me een kopje. De smid
schuift haar terzijde.
 
 
 
Wandeling naar Parfondeval
 
voor H, R, S en C Postma
 
 
De wind wuift over mijn gezicht
schaduw van wat blad.
 
Het pad gaat hoger straks
de heuvel op, daarachter schuilt gevaar
 
of veiligheid? In elk geval
vervolg van weg, een bocht
 
en dan de trage afloop naar het dal
waar water smiespelt
 
om het badend gras. Gelukkig
was ik op die dag, geen kwaad
 
bericht in krant uit stad
kon maken dat ik dit vergat.