29.7.1933
Bekendmaking van Himmler
Om in Obersalzberg tijdens het verblijf van de Heer Rijkskanselier het verkeer binnen te perken te houden, worden de volgende regels vastgesteld:
[…]
Van de bevolking wordt verwacht dat ze zich in het belang van de rust van de Volkskanselier strikt aan de voorschriften houdt, zodat eenieder ertoe bijdraagt, de Volkskanselier het verblijf in Obersalzberg zo aangenaam mogelijk te maken.
Het is noodzakelijk dar elke onnodige vorm van lawaai voor het huis, zoals spreekkoren of geroep, onder alle omstandigheden uitblijven. Het moet als een vergrijp tegen de goede manieren worden beschouwd, als voortdurend iedere beweging van de Volkskanselier met een verrekijker wordt geobserveerd.
9.5.1934
Nationale Bond voor het Duitse Hondenwezen aan Oberleutnant Brückner, adjudant van de Führer
De Nationale Bond voor het Duitse Hondenwezen heeft voor zijn jaarlijks plaatsvindende tentoonstelling van nationale winnaars een gedenkpenning laten ontwerpen, die geschonken zal worden aan de winnaars van de verschillende rasgroepen. Wij nemen de vrijheid hierbij een foto van dit model te sturen, met het verzoek onze hooggeëerde Rijkskanselier de vraag voor te leggen of hij toestemming wil verlenen voor het slaan van de penningen. Wij hebben de vrijheid genomen onze hooggeëerde Führer, die zelf fokker en liefhebber van rashonden is, hierop met een van zijn lievelingsdieren af te beelden. Wij zouden voor een spoedig antwoord van U, hooggeëerde Oberleutnant, zeer dankbaar zijn, opdat wij de penningen kunnen laten slaan. Het spreekt vanzelf dat wij tot eventuele correcties gaarne bereid zijn.
26.12.1934
Winifred Wagner (Bayreuth, Haus Wahnfried) aan Hitler
Mijn liefste, liefste Vriend en Führer!
De vreugde die Jij me met Jouw portret hebt geschonken – laat zich absoluut niet in woorden vatten, ik ben helemaal van de kaart van vreugde en geluk en dankbaarheid en Jij moet dit gestamel maar aanvaarden in de plaats van een verstandige brief!
15/70/100 PS Mercedes-Benz Kompressor.
Met deze wagen heeft de Führer in de periode van de strijd om de macht 370.000 km afgelegd.
15/70/100 PS Mercedes-Benz Kompressor.
Jarenlang heeft dit voertuig de Führer in de periode van strijd trouw gediend.
In het totaal legde de Führer tijdens de strijd om Duitsland tot aan de machtsovername meer dan een miljoen kilometer af. Dat is een afstand van 23 keer de omtrek van de aarde.
10.12.1936
Secretaresse van gerechtshof Marieluise K. (Frankfurt am Main) aan Oberleutnant Brückner, adjudant van Hitler.
[…] Als aan de grond genageld bleven wij achter de afzetting staan en durfden nauwelijks adem te halen, het kwam ons voor als een wonderschone droom, zo dicht bij de Führer te zijn. We gaven geen geluid. Toen kwamen de auto’s van boven aanrijden, de Führer stapte de weg op, groette eerst 2 bosarbeiders die daar stonden en toen ons. Pas nu jubelden wij hem toe. Toen reed hij dicht voor ons langs. Alles ging zo snel voorbij. Alleen de ogen van de Führer met zijn diep doordringende blik, waarmee hij iedereen aankeek, bleef je bij.
9.9.1937
Heldenbariton Dr. Carl Schlottmann (Erfurt), tweede graalridder in Bayreuth, aan het Bureau van de Adjudant van de Führer
[…]
De ogen van de Führer richten zich op de hele mens – bij het spreken richten ze zich steeds op 2-3 mensen. Maar ze blijven niet in de mensen steken, maar kijken door hem heen. Zijn blik komt dan ook niet alleen uit zijn lichaam, maar uit zijn hele wezen, dat geen lichamelijke grens schijnt te kennen.
31.3.1938
Karoline Pittner (Hotel Pittner ‘Zum roten Krebs’, St. Polten, Neder-Oostenrijk) aan SS-Sturmbannführer Paul Wernicke (Leibstandarte SS Adolf Hitler)
De uren die wij onze innig geliefde Führer Adolf Hitler en zijn staf als gasten in ons huis onderdak mochten bieden, waren zo overweldigend, en de dank die wij hem en het Duitse volk schuldig zijn is zo onmetelijk groot, dat het ons onmogelijk is voor onze nietige diensten geld te vragen.
19.1.1942
Gauleiter Sudetenland aan de Minister van Financiën
De Gau-propagandachef heeft mij erop gewezen dat in het hele gebied van het Gau slechts bij één districtsbestuur een in artistiek opzicht aanvaardbare kop van de Führer voorhanden is. En omdat ik hem er gelijk in moet geven dat voor de decoratieve opluistering van feesten, tentoonstellingen en grotere bijeenkomsten beslist ook een representatieve kop van de Führer nodig is, dien ik hierbij een aanvraag in voor toestemming van de aanschaf van 5 Führerkoppen van gietijzer voor de prijs van 400.- Reichsmark per stuk.
De Führerkoppen zijn ontworpen en vervaardigd door de Leider van de beeldende kunsten in ons gebied, partijgenoot Viktor Eichler.
9.3.1933
Onderwijzer A. Eglinski en gemeentebestuurder SA-Truppenführer Seiler (Sutzken, Kreis Goldap) aan Hitler
De ondergetekenden, vertegenwoordigers van deze gemeente, vragen hierbij hun Führer en Rijkskanselier toestemming om de naam van hun dorp ‘Sutzken’ te mogen veranderen in ‘Hitlershöhe’.
Het dorp Sutzken in de Kreis Goldap is een boerendorp met 167 inwoners. Het ligt op de heuvels ten zuiden van de stad Goldap. Van de bewoners is 95% nationaalsocialist terwijl de overige 5 % Duits-nationaal is. Er zijn hier al jaren geen marxisten meer. […]
20.7.1944
Martha Barvicius (Wenen 40) stuurt, als ze het nieuws van de aanslag op Hitler heeft gehoord, Goebbels een foto en een lok haar. Op de achterzijde van de foto:
Dit is mijn lieve enige zoon in de trein, op zijn eerste en ook enige verlofreis. Drie maanden later is hij gevallen, mijn Kurtl. Nu heb ik nog maar één mens op de hele wereld, mijn Führer. Hem mag niets overkomen.
27.7.1938
Führeradjudant Wiedemann aan Gauleiter Sprenger (Frankfurt am Main)
De Führer heeft zich er bij zijn laatste nachtelijke tocht langs de Rijn aan geërgerd dat de verschillende monumenten en ruïnes (Niederwaldmonument, Pfalz bij Caub enz.) niet door schijnwerpers worden verlicht. Ik mag u verzoeken ervoor te zorgen dat de nodige maatregelen worden genomen.
30.12.1938
Führeradjudant Brückner aan Bormann
De Führer heeft zich er de laatste tijd regelmatig aan geërgerd dat het Duitslandlied tijdens optochten te snel wordt gespeeld.
Het Duitslandlied is een gewijd lied en moet een tempo van 80 nooit overschrijden; het Horst-Wessellied daarentegen moet als revolutionair strijdlied in een levendiger tempo worden gespeeld.
8.2.1939
Bormann aan Ley
Te uwer informatie deel ik u mede dat de Führer, binnen de grenzen van het mogelijke, de bediening door kelners in alle cafés en restaurants afgeschaft wil zien. Werk als kelner is volgens de opvatting van de Führer geen juiste arbeid voor een man, maar eerder een natuurlijke arbeid voor vrouwen en meisjes.
23.11. 1944
Bureau voor Prehistorie aan Obereinsatzführer Jach, Staf van Reichsleiter Rosenberg voor de bezette gebieden
De gistermiddag hier aangekomen Haupteinsatzhelfer Hareuter en Obereinsatzhelfer Teichel hebben vandaag de voor de Reichsleiter bestemde 2 mud appels in ontvangst genomen en keren vanmiddag naar Berlijn terug. Het fruit werd door ons – behalve in de voor dat doel meegenomen 4 handkoffers, omdat die ontoereikend waren, ook nog in een grote kartonnen doos verpakt.
7.11.1944
ss-Obergruppenführer Jeckeln aan Himmler
27.9.1944 werd mijn kleinzoon ‘Manfred’ geboren.
15.10.1944 is mijn huis in Braunschweig door brisant- en brandbommen volkomen verwoest. Daarmee is mijn hele bezit in puin en as veranderd.
Mijn vrouw bevindt zich met de vier jongere kinderen in goede welstand op de ouderlijke boerderij in Schönau bij Marienburg/Westpr. En nu gaan we er pas echt tegenaan!
17.10.1944
Brief van Erika Lorenz, secretaresse van Himmler, aan ss-Obersturmbannführer Becher, Boedapest
Ik wil u slechts laten weten dat de Reichsführer-ss er buitengewoon mee ingenomen is geweest dat u kans hebt gezien de zilverwaren te regelen, het was werkelijk een zeer grote vreugde voor hem en ik wil aantekenen dat u misschien nog aan de armband kunt denken! U weet wel! De rfss laat u vragen nog iets heel moois voor zijn vrouw te zoeken, ik dacht misschien aan zijde:
3 m bonte zijde
3 m zwarte zijde (in tweeën verdeeld)
1 dikke zijden ochtendjas (licht)
Ondergoed:
Zijden hemdjes en onderbroekjes m. 44 (6 stuks)
Zijden kousen m. 10 (vliesdun en dikker)
3.3.1943
Bormann aan Generalgouverneur Frank (Krakau)
De Führer heeft mij opdracht gegeven u mede te delen dat hij uw echtscheidingsdocumenten grondig bestudeerd heeft en dat hij daarna geen mogelijkheid ziet u toestemming tot echtscheiding te geven, zolang u het ambt van Gouverneur en Rijksminister bekleedt.
4.3.1944
Bormann aan Lammers
De Führer wees er gisteravond op dat het in de trams van alle steden verboden is te roken, alleen in de trams van München en nog een paar andere Duitse steden wordt gerookt. De Führer wenst dat er ogenblikkelijk een rookverbod voor alle Duitse trams wordt ingesteld, en wel met verwijzing naar de zorgvuldigheid die tegenover de bestuursters en de jonge meisjes die in het kader van de dienstplicht conducteursdiensten verrichten, in acht moet worden genomen.
19.4.1944
Bormann aan Lammers
Als bijlage zend ik u volgens opdracht en ter verdere verwerking nr. 106 van de ‘Münchener neueste Nachrichten’ van 17.4. U vindt in deze publikatie de door de Führer rood aangestreepte bekendmaking van de burgemeester van München omtrent de telling der vruchtbomen in het district München.
De Führer wees er met klem op dat het werkelijk waanzinnig is, dat er in het vijfde oorlogsjaar nog mensen beschikbaar zouden zijn om zich met zulke totaal overbodige statistieken bezig te houden. […]
Onze werkende volksgenoten heben echt wel iets beters te doen dan bessenstruiken tellen, in statistieken te verwerken en hun opbrengst te schatten. De Führer wenst dat deze onzinnige statistiek ogenblikkelijk wordt verboden.
8.1.1945
Bormann aan Himmler
De Führer heeft al vaak het standpunt ingenomen dat onze Duitse groet min of meer gelijk is aan de oude Duitse groet van de Germanen. Het heffen van de ongewapende hand was, bij een ontmoeting met vrienden of na beëindiging van de strijd, een teken van vredelievendheid.
Onderzoekingen van de Dienststelle Rosenberg hebben uitgewezen dat een toen gangbare vorm van de Duitse groet werd gebruikt toen Heinrich I tot koning werd gekozen. De Heil-groet wordt bovendien bevestigd in de Edda en is tot in het Gothische verleden teruggevonden. […]
uit: Beatrice & Helmut Heiber, Die Rückseite des Hakenkreuzes (dtv 2001)
De ondertitel van Die Rückseite des Hakenkreuzes luidt ‘Absonderliches aus den Akten des “Dritten Reiches”’. Dat ‘Absonderliches’ werd in een jarenlang onderzoek bijeengebracht door Helmut Heiber (1924), die als medewerker van het Münchener Institut für Zeitgeschichte talrijke archieven onderzocht om het verloren gegane archief van het Partijbureau van de nsdap te reconstrueren. In Schreibers eigen formulering geven de in zijn boek verzamelde brieven een beeld van ‘de achterkant van de opgepoetste gevel van de ss-staat’.
