Er was eens
 
Het is de roest op de haak
van een gele hijskraan, die deze
zomerdag verklaart die plotseling
 
uit de winter dooit zoals
een dag van jaren geleden in de herinnering
ineens de dag van vandaag
 
vanmiddag is, wit en stil
als berkenbast tegen het licht.
Je weet niet meer waar je bent.
 
Het ligt je op de tong, maar toen
kenden we de naam toch niet.
Wat een schoonheid van een gele kraan
die roerloos staat, waarvan
de glinsterende roest de stalen mantel
wegvreet. De film die de schaduwen
 
draaien op het flitsende dak van de trein –
de rest moetje vergeten.
De waarheid zijn de heldere
 
geluiden van heel ver weg, die
er zijn en dan weg en duizend
jaar heden in één woord.
 
 
 
 
 
Historyworks
 
Hier, langs de oude spoor
lijn hadden ze ze
afgemaakt.
Paardestaart, moeras
dotterbloem, vergalde
zomer. Mijn fiets
heb ik laten staan.
Ik zie mijn dode
grootvader, bij de afrastering, zijn
schapen hoeden.
Hij had niet veel verteld.
Hij was in de oorlog geweest.
Bij het spoorwegstation
moesten ze eruit, Fransen
Russen Belgen…, zo
stel ik mij dat voor.
 
Nu groeit er gras over de
rails, het hout verkleurd,
water in de barakken, vijftig
jaar later lijken gevonden
bij de wegenaanleg.
Het executiepeloton zelf door
de aarde opgeslokt.
Modder, een kunstmatig bed
voor de beek, evenwichtsbalken
oefening voor mijn voetzolen.
Hier kwamen ze doorheen.
Het was makkelijk je eigen botten
weg te gooien waar ze dan
bleven liggen.
 
 
 
 
 
Mijn dode grootvader had niet
gezwegen, maar alleen
over andere dingen gesproken.
Daar groeit nu ook gras overheen, vijftig
jaar, waar ik loop, een
nieuwe oprit
naar de autoweg, waarvoor zij
stenen moesten kloppen, Belgen, Russen
Fransen
…, of moesten ze
de bomtrechters opruimen?
Met natte schoenen, hier, de
rode diesellokomotief
kijkt mij van opzij aan.
Ook die kan er niets aan doen.
 
 
 
 
 
Grondgedachten over de avond Nr. 2
 
De avond is dezelfde, smog &
met de blauwe plastic emmer
die ik vanmorgen beneden in het trappen
huis liet staan en nu naar boven
 
draag, de gedachten zouden
niet denkbaar zijn zonder de novelle,
1835, die ik in de bibliotheek op de plank
liet staan zonder haar uitgelezen
 
te hebben, Ludwig Tieck, ik zou wel willen
dat deze avond zo blauw was als
een vergeetmijnietje of geel als
sleutelbloem of wat er verder nog voor
 
namen zijn die ik vergeten ben
omdat ik ze nooit gekend heb, nog
maar net kan ik mij de betekenis
van het woord blauw in het Engels
 
herinneren, maar blauwe ogen heb
ik niet, en zelfs ook geen
buurvrouw op wie het lied bleek-
blauwe ogen
slaan kan, een blauwe voetnoot &
 
een hemelsblauwe japon heb ik al
lang niet meer gezien, denk ik
en elke avond hetzelfde, kaas
met blauwe schimmel, op de radio
 
de domme blauwe mislukkelingen
melodieën, blauwzuur is
geen gedachte maar een
substantie, denk ik, terwijl
 
in de keuken de blauwe
plastic emmer zich weer zal vullen.
Alsof die blauwe avonden in
Frankrijk er nooit zijn geweest.
 
 
 
 
 
Autobahnkreuz Hermsdorf i. Th.

Van de paradegroet van de Führer bleef in onze
herinnering de foto bewaard
van een overgrootvader die nog had meegewerkt
aan de bouw van het viaduct

 
& ruïnes van de barakken in treurige, donker
blauwe waterpoelen, prikkeldraad &
waarschuwingsbord Niet ontplofte munitie!, vijf-
honderd meter van het dorp, die de buiten
posten vormden van het KZ
 
Dat was de persoonlijke kant van Mein
Kampf
cadeau bij huwelijken zoals dat
van mijn grootvader, die tanks
oplapte aan het oostfront, later
de autobussen van Staatsbedrijven
 
het asfalt, in het begin
vol afdrukken van laarzen harde rubber en kettingen
nu elk uur filemeldingen of
projekten van de minister voor verkeer die
 
doden leveren, opgeblazen wegdek en uit het
gewapend beton geslingerde stukken graniet vandaag
net als gisteren, stuk voor stuk: A4 en A9, de
westelijke of oostelijke afrit (belangrijk
voor de aanvoer van materieel &
troepen) geeft de kolonnes
naar Parijs Praag Rome
over drie banen de ruimte:
 
Hügel Teer & Betonwagens, een groene strook
die van totaal niets droomt, geluidsweringen schroot
lucht van lood verzadigd & elke wagen
een paradetank die nieuwe afdrukken
maakt in het wegdek
 
in het verwrongen vlechtwerk
van betonijzer hangt een klomp steen: ze
blazen de bruggen op, er zijn
geen bogen meer – alleen
nog pijlers, dat is de werkelijkheid