Een is een spiegelbeeld zonder een kijker

twee is de zusjes die op elkaar lijken

 

 drie is een ketting, is zusjes en tassen

 twee tassen, drie zusjes in inktzwarte jassen

 

vier is er nog een, die moeten ze tillen

en mogen ze slaan en ze kan zo zacht gillen

 

vijf is een broertje erbij en dan doen

als de zesde, de moeder: verrek en een zoen.